Bij landroofdieren denk je misschien aan leeuwen, tijgers en beren. Toch zijn er nog veel meer landroofdieren te vinden, ook in Nederland. Er zijn er in totaal zestien, die onder te verdelen zijn in vier groepen. Hier vind je alle 16 landroofdieren van Nederland.

Een overzicht van de Nederlandse roofvogels vind je hier.

Marterachtigen

Das

Je herkent de das uit duizenden dankzij zijn zwart met witte kop. Deze dieren leven in grote ondergrondse burchten die vaak van generatie op generatie worden doorgegeven. Zodra de nacht valt, komen de dieren tevoorschijn om op zoek te gaan naar een lekker hapje. Ze hebben het vooral op kleine, langzame prooien gemunt. Het zijn bovendien alleseters. Dat betekent dat ze naast vlees bijna alles opeten wat ook maar enigszins eetbaar is.

Steenmarter

Steenmarters zijn smalle dieren met korte poten, vaak even groot als een gemiddelde huiskat. Ze staan bekend om hun behendigheid en bewegen ontzettend soepel. Het bijzondere aan steenmarters is dat ze zich ontzettend makkelijk aanpassen aan hun omgeving. Daardoor kunnen ze op vrijwel iedere plek overleven, dus ook in drukke gebieden. Ook deze landroofdieren worden ’s nachts actief en leggen dan tot wel 15 kilometer af om een hapje te vinden.

Boommarter

De boommarter heeft veel weg van de steenmarter, maar het zijn toch echt twee verschillende soorten landroofdieren. De steenmarter leeft het liefste in bebouwde gebieden, terwijl de boommarter graag de rust van het bos opzoekt. Ze hebben een grote pluimstaart die in totaal een derde van hun lengte in beslag neemt. Deze staart gebruiken ze om te balanceren terwijl ze van de ene naar de andere boom klimmen.

Bunzing

Ook de bunzing heeft wat weg van een steen- of boommarter. Je herkent het verschil tussen deze diersoorten het beste door naar de kop te kijken. Een bunzing heeft namelijk een soort masker, met witte haren rondom zijn ogen en snuit. Bunzingen zijn vooral actief in de schemering en gaan dan op zoek naar holen en kuilen van andere dieren. Ze bespringen hun prooi, waarna hun maaltijd meestal geen schijn van kans heeft.

Otter

Ook otters komen voor in het Nederlandse landschap. Deze landroofdieren waren lange tijd niet meer in ons land te vinden, maar werden in 2002 weer uitgezet. Sindsdien is er een kleine populatie otters in ons land. De dieren voelen zich niet alleen thuis op het land, maar ook in het water. Otters kunnen ontzettend goed duiken en tot wel 4 minuten onder water blijven. Ze hebben het daarom voornamelijk gemunt op verschillende vissoorten.

Wezel

De wezel lijkt qua bouw op veel andere landroofdieren uit dit rijtje, maar is het kleinste roofdier van Europa. Je herkent hem dus aan zijn kleine formaat. Wanneer je een wezel door het gras ziet rennen, denk je misschien zelfs dat je met een muis te maken hebt. De dieren rennen namelijk ontzettend snel en met vinnige bewegingen. Ze kunnen bovendien sprongen maken van 30 centimeter.

Hermelijn

Het is makkelijker om de hermelijn te herkennen wanneer je weet dat deze dieren meestal een witte buik en een lichtbruine rug hebben. Hun staart is zwart en heeft een mooie pluimpunt. In tegenstelling tot veel andere landroofdieren in dit lijstje, jaagt de hermelijn niet alleen ’s nachts. Het zijn fanatieke jagers die ook overdag op pad gaan.

Europese Nerts

Helaas is het erg zeldzaam om een Europese nerts in Nederland tegen te komen, want de dieren worden met uitsterven bedreigd. Het zijn donkerbruine dieren met een grijze ondervacht. Rondom hun lippen zie je een stukje witte vacht. Europese nertsen voelen zich vooral thuis in bosachtige gebieden met stromende rivieren. Ze leven vrijwel altijd op maximaal 100 meter van een waterbron. Net als otters zijn het goede zwemmers die dus voornamelijk op prooien jagen in het water.

Hondachtigen

Wolf

Sinds kort is het officieel: de wolf is weer gevestigd in Nederland. Het zijn grote hondachtigen die als de voorouders van de hond worden gezien. Ze hebben een hangende staart, een platte rug en een brede borst en nek. Wolven komen in allerlei kleuren, van grijs tot roodbruin en zwart. De dieren kunnen in allerlei soorten omgevingen leven en zijn echte groepsdieren. Met hun roedel gaan ze op zoek naar lekker eten, het liefste 3 tot 4 kilo vlees per dag.

Vos

De vos is ook een hondachtige, maar heeft qua formaat meer iets weg van een grote kat, Ze zijn roodbruin en hebben vaak een witte borst en bek. De dieren leven het liefste in hogere gebieden, ook in Nederland. Daarom kom je ze het meeste tegen in het oosten en het zuiden van het land, zoals op de Veluwe en in de heuvels van Limburg. Vossen leven in holen en zijn echte opportunisten. Ze grijpen alles aan wat eetbaar is en gaan vaak voor de makkelijkste prooien.

Goudjakhals

Je zou een goudjakhals misschien met een wolf kunnen verwarren, maar deze dieren zijn net wat kleiner en hebben een spitsere snuit. Ze zijn niet wijdverspreid in Nederland en slechts een paar keer op de Veluwe gespot. Goudjakhalzen leven vergelijkbaar met vossen. Het zijn opportunistische jagers en ze zijn niet bang om in de buurt van mensen te komen. Ze leven wel in roedels.

Katachtigen

Lynx

De grootste katachtige van Europa leeft ook in Nederland, al is het zien van een lynx ontzettend zeldzaam. Waarschijnlijk komen de dieren af en toe de grens over vanuit Duitsland of België, maar echt gevestigd zijn ze niet in ons land. Je herkent de lynx aan de pluimpjes op zijn oren en de lichtbruine tot crèmekleurige vacht. De dieren leven het liefst alleen en zijn territoriaal.

Wilde kat

Heel af en toe wordt er een wilde kat in Nederland gespot. Het is makkelijk om de dieren te verwarren met een gewone huiskat, maar ze zijn iets groter en steviger gebouwd. Ze leven het liefste in dichtbegroeide bossen, maar zijn ook in de heuvels van Zuid-Limburg gespot. Het zijn schuwe dieren die meestal alleen zijn, maar wel een vast koppeltje vormen.

Exoten

Wasbeer

Een wasbeer is makkelijk te herkennen dankzij het typische masker dat de dieren dragen. Ze hebben een witte kop met zwarte strepen rondom hun ogen. Oorspronkelijk komen de dieren uit Noord-Amerika, maar ze zijn in het verleden ingevoerd voor de pelsfokkerij. Door ontspanningen zijn de dieren zich ook in het wild gaan vestigen, waardoor ze soms gespot worden in Nederland.

Wasbeerhond

Je zou denken dat de wasbeerhond familie is van de wasbeer, maar dit is niet zo. Het is een hondachtige die ook vanwege zijn pels naar Europa is gebracht. Oorspronkelijk leefden ze alleen in Oost-Azië, maar nu zijn ze ook in het oosten van Vlaanderen en Nederland te vinden. Vooral bossen en rivierdalen zijn favoriet bij de dieren.

Amerikaanse nerts

Net als de Europese nerts wordt de Amerikaanse nerts vaak gehouden in pelsfokkerijen. De dieren zijn dus van Noord-Amerika naar Europa gehaald vanwege hun mooie vacht en uiteindelijk ontsnapt. Hierdoor is het aantal Europese nertsen afgenomen, want de Amerikaanse nerts nam hun leefgebied over. Hun manier van leven is redelijk vergelijkbaar met de Europese nerts.